Wim is een beginnende manager. Hij doet enorm zijn best en wil het zijn mensen graag naar de zin maken. Zijn mensen maken daar ongewild nogal eens misbruik van. Langzaam maar zeker verandert de sfeer in zijn team. Zijn directeur merkt dit op en nodigt hem uit voor een gesprek. Ze besprekende problematiek en de directeur stelt voor dat Wim zich laat coachen. Wim gaat op het voorstel in en na een aantal coachgesprekken begint hij meer inzicht in zijn gedrag te krijgen. Hij is erg tevreden over zijn coach omdat hij het idee heeft dat de gesprekken hem helpen. Na een gesprek of tien heeft Wim het idee dat hij voldoende bagage meegekregen heeft om zijn team goed aan te kunnen sturen.
Helaas loopt het anders. In zijn hoofd heeft hij zijn inzichten goed op een rijtje. Maar de praktijk is veel weerbarstiger. Op de een of andere manier lukt het hem niet zijn mensen eens flink aan te spreken op hun gedrag. Hij weet dat hij aardig gevonden wil worden, maar weet ook dat hij door zal moeten pakken. Toch laat hij het afweten en hierdoor gaat het volslagen mis. Er ontstaat steeds meer wrevel en gedoe in zijn team. Daarnaast klagen zijn collega managers bij de directeur, maar stappen niet rechtstreeks op hem af. Ook de directeur ontwijkt hem en is zeer afstandelijk. Wim heeft het gevoel volledig alleen te staan. Dat raakt hem erg en hij weet even niet meer hoe hij hier uit moet komen. Hij heeft het idee dat hij in een heel diep gat aan het vallen is.
Op vrijdag avond sleept zijn vrouw hem mee naar een bijeenkomst van haar werk. Zij hebben daar net een fantastisch ontwikkeltraject afgerond. Vanavond is de feestelijke afronding. Ieder team geeft een ludieke presentatie van wat zij hebben gedaan. Ondanks zijn ellende moet Wim toch wel vaak smakelijk lachen. Na afloop van de presentaties is er nog een feestelijke borrel. Bij toeval komt hij met zijn vrouw bij de twee snuiters te staan die het traject hebben begeleid. Beide mannen manifesteren zich nadrukkelijk en hanteren een scherpe en prikkelende humoristische manier van praten. Na een poosje valt hun oog op Wim en vrijwel tegelijk zeggen ze:”He hallo meneer, u kennen we nog niet”. Ze stellen zich voor als Matthe en Derk. Matthe kijkt hem indringend aan en vraagt of hij wel genoten heeft. Wim knikt en antwoordt bevestigend. Nu bemoeit Derk zich er ook mee en zegt tegen Wim dat zijn gezichtsuitdrukking en houding iets anders vertellen. Dan gebeurt er iets bijzonders bij Wim, op een wonderbaarlijke manier raakt de belangstelling van deze twee mannen hem. Hij begint zomaar spontaan te vertellen over zijn werksituatie. Matthe en Derk luisteren naar zijn verhaal. Hij voelt zich zowaar opgelucht. Tot zijn stomme verbazing beginnen ze te lachen en zeggen ze dat zijn verhaal heel herkenbaar is en vaak voorkomt in organisaties.
Ze leggen Wim uit dat het niet specifiek zijn probleem is maar het probleem van de gehele organisatie. Zijn directeur en collega managers durven hem ook niet op zij gedrag aan te spreken en doen dus hetzelfde als wat ze Wim verwijten. Ze geven ook aan dat zijn directeur een duidelijke opdracht had moeten verstrekken aan zijn coach en hem, met daarbij een duidelijke opgave van wat bereikt had moet worden. Nu is het een soort privétraject geworden. Volgens Derk en Matthe moet alles wat je in een organisatie doet aan elkaar verbonden zijn: De directeur, zijn collega managers en zijn eigen team hadden allemaal medeplichtig gemaakt moeten worden aan het leertraject van Wim. Dan waren de huidige problemen wellicht niet ontstaan.
Wim voelt zich merkwaardig opgelucht. “Maar wat kan ik hier nu mee?” vraagt hij. “Wat wil je”? vraagt Matthe. ” Dit gewoon aan mijn directeur vertellen en er mee aan de slag gaan”, antwoordt Wim.
Die maandag gaat Wim naar zijn werk en tijdens het maandagochtend overleg vraagt hij zijn directeur en collega’s waarom ze hem ontwijken en niet aanspreken als ze zaken zien die hij verkeerd of onhandig doet. Terwijl hij dit verteld is er een soort geraaktheid in zijn stem die een diepe indruk maakt op zijn collega’s. Ze begrijpen niet wat ze meemaken. Is dit dezelfde Wim als vorige week? Ze vragen wat er gebeurt is en Wim vertelt over zijn ontmoeting met die twee zeer bijzondere snuiters die in de gaten hadden dat hij niet lekker in zijn vel zat en hem wakker geschud hebben. Iedereen is onder de indruk van zijn verhaal en de manier waarop hij dit brengt. Zijn directeur in het bijzonder. Deze schudt zijn hoofd en zegt: ”Ik vind het erg confronterend wat je vertelt, maar het klopt wel wat ze tegen je hebben gezegd . Mijn excuses , we gaan dit heel anders aanpakken”.
Twee maanden later is de sfeer in het team van Wim volledig anders. Ze hebben indringend met elkaar gesproken en Wim wordt nu geaccepteerd. Hij blijft een lieverd maar durft zijn mensen nu wel aan te spreken. Ook in het managementteam is er veel veranderd. Er is meer openheid en een grote bereidheid om van elkaar te leren. Dat alles door een korte en heftige ontmoeting op een bijeenkomst van het werk van zijn vrouw. Wim heeft nog steeds het idee dat het dankzij die twee snuiters komt.
Wat hij nog niet heeft ontdekt, is dat hij en hij alleen de hefboom was voor de grote verandering in zijn organisatie. Hij heeft de moed gehad zich werkelijk open te stellen, zijn geraaktheid te tonen en zijn worsteling te delen met zijn collega’s zonder zijn verantwoordelijkheid te ontkennen. Hierdoor heeft hij zijn collega’s weten te raken en door deze aanraking is er een oprechte verbinding tot stand gebracht. Door zichzelf te laten zien heeft hij onbewust de anderen ook toestemming gegeven zich te laten zien en zich met elkaar te verbinden.
De prins is wakker gekust. Hij heeft de kus doorgegeven.